Gelijkheid, eerlijkheid en duurzaamheid dankzij een donut
Door Alies Pegtel
Genoeg te besteden voor iedereen, zonder de aarde te veel te belasten. Dat is het doel van de ‛donut-economie’ waarvoor de Britse econome Kate Raworth pleit. Daarvoor moeten we wel afscheid nemen van achterhaalde, maar taaie ideeën.
Uit Maarten! 2018-3. Bestel losse edities hier
Hedendaagse economen blijken steeds vaker uit te kunnen groeien tot wereldsterren. Na Thomas Piketty is daar nu Kate Raworth. Haar boek Doughnut Economics staat wereldwijd op de must-read-lijstjes. Hierin pleit de Britse econome voor een economisch systeem waarin iedereen recht heeft op sociale voorspoed en niemand het recht heeft om het aardse ecosysteem te misbruiken voor eigen gewin. Haar visie balanceert tussen de ecologische grenzen van de aarde en de menselijke basisbehoeftes. Ze zet zich ferm af tegen het dominante groeidenken dat een overgrote meerderheid van economen en politici aanhangt. Want het streven naar constante economische groei heeft volgens Raworth desastreuze gevolgen; het bedreigt het leven op aarde en leidt tot steeds grotere inkomensongelijkheid.
Raworth stelt daarom een rond economisch model voor in de vorm van een donut. De buitenste cirkel van de donut is het ecologisch plafond dat de economische groei dient in te perken. Het gaat hier om bijvoorbeeld de hoeveelheid geproduceerd afval, broeikasgassen en stoffen die de ozonlaag aantasten. De binnenste ring van de donut staat voor menselijke basisbehoeftes, waaronder onderwijs en banen. Zakken we door dit sociale fundament, dan ontstaan armoede en ongelijkheid.
De gepassioneerde Raworth is een uitstekende ambassadrice van haar donutdiagram. Energiek, humoristisch en welbespraakt, lijkt ze niet moe te worden om haar verhaal nóg eens te herhalen.
Hoe verklaart u het reusachtige succes van Donuteconomie?
‘Mensen waren denk ik toe aan een alternatief economisch model. Er is behoefte aan een positief nieuw verhaal. De klassieke economische theorieën worden al lang bekritiseerd, maar met kritiek alleen bereik je niet zoveel. Ik focus in mijn boek op een transformatie van de economie. We kunnen een wereld creëren waarin rechtvaardigheid en ecologisch herstel centraal staan. Dat geeft mensen iets om over te praten, om over na te denken.’
Hoelang hebt u aan het boek geschreven?
‘In zekere zin 25 jaar. Gedurende mijn werkzame leven heb ik nagedacht over armoedebestrijding, duurzaamheid, de inzet van nieuwe energiebronnen. Maar zes jaar geleden tekende ik voor het eerst het donutmodel.’
De donut was de basis?
‘Absoluut. Ik werkte bij ontwikkelingsorganisatie Oxfam toen ik het donutdiagram tekende; het was bestemd voor interne discussie. Ik schetste wel vaker mijn gedachten, gewoon voor de lol. Vervolgens kwam ik op het idee om een diagram nu eens in een artikel te publiceren. Ik kreeg meteen ontzettend veel reacties.’
Werd u verrast door de enorme respons?
‘O ja, en ik vroeg me af hoe dat kwam. Tot ik me realiseerde dat beelden ongelooflijk krachtig zijn. Ik ging me verdiepen in de macht van beeldtaal en kwam tot de conclusie dat het donutdiagram zo’n enorme impact had juist omdat mensen het achterliggende verhaal kunnen visualiseren. Het donutplaatje hecht zich sneller in het brein dan woorden zouden doen.’
Als u de donut niet had getekend, was het verhaal dan minder aangeslagen?
Sterker: als ik de donut niet had getekend, zou ik het boek nooit hebben geschreven. Nadat ik de donut had ontworpen, ben ik met frisse blik mijn oude economieboeken weer eens gaan lezen. Ik raakte ervan overtuigd dat binnen tien jaar de economie compleet herschreven zal worden. De neoklassieke economische modellen die op de universiteit worden onderwezen voldoen niet meer. Als we in de eenentwintigste eeuw aan de behoeftes van de wereldbevolking willen voldoen én rekening willen houden met de grenzen van de natuurlijke hulpbronnen, op welke manier moeten we dan over de economie gaan nadenken? Dat is de kernvraag van mijn boek.’
Volgens u dient het maar eens afgelopen te zijn met de fixatie op een groeiend bruto binnenlands product als maatstaf voor vooruitgang en het vrijemarktdenken. En u houdt de neoliberalen verantwoordelijk?
‘O, dit is zeker geen politiek boek, dat zou een misverstand zijn.’
U kijkt een beetje beledigd.
‘Kapitalisme, socialisme, communisme zijn voor mij old school-begrippen, oude bagage uit de twintigste eeuw waarin mensen gebruikmaakten van volkomen andere technologieën. Je komt die termen in mijn boek ook niet tegen. Maar ik bekritiseer de neoliberalen omdat ik vind dat zij misbruik maken van de zwaktes en blinde vlekken van het systeem. Om een voorbeeld te noemen: volgens de klassieke theorie neemt bij een groeiende economie de inkomensongelijkheid eerst toe om vervolgens weer af te nemen. Dat is bewezen onjuist en gebaseerd op verouderde data. Maar in de VS en het Verenigd Koninkrijk is deze veronderstelling politiek nog altijd zeer invloedrijk, terwijl de huidige economen dus allemaal beter weten.’
‘Kapitalisme, socialisme en communisme zijn voor mij old school‘
Uw boek wordt omarmd door een breed publiek, maar veel van uw collega-economen vragen zich af hoe praktisch toepasbaar uw model is. Met andere woorden, hoe verdonutten we de economie?
‘Dat is een belangwekkende vraag, maar ik ben een activist, geen politicus, bestuurder, beleidsmaker of entrepreneur. Mijn doel is om een alternatief economisch model aan te reiken, niet om het allemaal zelf concreet in te vullen. Dat is aan anderen.’
Blijft het dan niet bij dromen?
‘Gelukkig niet, er is van alles gaande. Overal waar ik kom hoor ik verhalen, van ondernemers, planologen en stedenbouwkundigen die zaken op een vernieuwde, duurzame manier willen organiseren. Vanochtend sprak ik een dame die me vertelde dat er een school ontworpen wordt volgens het donutdiagram. Ik bied alleen een overkoepelend narratief, er worden al veel initiatieven ontplooid. Zeer inspirerend, dat geeft me heel veel energie.’
Maar u hebt grote haast. Uit de alarmerende toon van uw boek blijkt dat de koerswijziging die u bepleit urgent is.
‘Het zou mooi zijn als we langzaamaan zouden kunnen doen, dat zou het zoveel makkelijker maken.’
Bent u niet te ongeduldig? Economische hervorming gaat geleidelijk.
‘Moeder Natuur heeft helaas geen tijd. De planeet heeft veel geduld met ons gehad, maar we hebben de klimaatgrenzen al ver overschreden. We moeten daarom niet luisteren naar onze financieel leiders die ons sussen, maar naar de klimaatwetenschappers die waarschuwen dat opwarming van de aarde met twee graden schrikbarend is. Dat heeft grote consequenties, ook voor een land als Nederland, dat deels onder de zeespiegel ligt.’
Twintig jaar geleden had niemand zonnepanelen op het dak of een elektrische auto, maar nu kopen mensen die wel.
‘De enige reden waarom dit is veranderd, is omdat steeds meer mensen druk uitoefenen om rekening te houden met het milieu. De fossiele industrieën hebben verandering heel lang tegengehouden. Elektrische auto’s bestaan al honderd jaar. President Jimmy Carter plaatste in de jaren zeventig zonnepanelen op het dak van het Witte Huis. Het eerste wat zijn opvolger Ronald Reagan deed, was ze weer naar beneden halen. Het Rapport van de Club van Rome uit 1972, Grenzen aan de groei, is door de meeste mainstream-denkers naar de vuilnisbak verwezen. Dat we niet eerder zijn omgeschakeld van fossiele brandstoffen op schone alternatieven, is te wijten aan politieke besluitvorming, gevoed door de machtige lobby’s van multinationals die hun reusachtige winsten wilden beschermen.’
Neoliberalen maken misbruik van de zwaktes van het systeem
Goed, u pleit voor een rem op het streven naar constante economische groei. Maar is dat niet alleen relevant voor het Westen? Landen in bijvoorbeeld Afrika zijn gebaat bij groei.
‘Het donutmodel is bedoeld voor het welzijn van de hele mensheid en wil een einde maken aan de exorbitante verschillen. Mensen in lagelonenlanden moeten uit de armoede komen en daarvoor moeten hun economieën inderdaad groeien. In de westerse wereld moeten we daarom juist een stap terug doen. Door onze natuurlijke hulpbronnen uit te putten brengen we de leefomstandigheden van met name mensen in de derde wereld in gevaar. Kijk naar de overstromingen, de luchtvervuiling. De internationale gemeenschap zou een einde kunnen maken aan de schade die we het milieu toebrengen en aan de extreme armoede. Als we daar collectief voor kiezen.’
Maar is uw donutverhaal in eerste instantie toch niet gericht op hoogopgeleide westerse elites?
‘Ik heb heel veel mensen in Nederland ontmoet die een verandering willen en ik zou ze zeker niet elitair noemen. En kijk eens naar India, daar begrijpen ze het ook. Veel Indiase dorpen maken momenteel de sprong naar zonne-energie en ze slaan de fossiele brandstoffen gewoonweg over. In China zijn miljoenen mensen de armoede ontstegen, maar tegelijkertijd zijn de Chinezen zich extreem bewust van de milieuvervuiling. Velen lopen met mondkapjes op. De Chinese overheid spreekt zelfs de ambitie uit dat ze een “ecologische beschaving” wil scheppen.’
Loopt China wat dit betreft voor op Europa en Amerika?
‘Absoluut. China is natuurlijk een dictatuur, maar wat betreft de massale investeringen in alternatieve energiebronnen en visie loopt de Chinese overheid op ons voor.’
Is stevig overheidsbeleid nodig?
‘Zeker, dat zou heel mooi zijn. En het zou ook helpen als universiteiten zich niet langer focussen op de neoklassieke theorie, maar diverse economische benaderingen onderwijzen. Ik werk nauw samen met de internationale beweging Rethinking Economics. Studenten zetten zich daarin in voor een opener, minder intellectualistisch economisch debat waarin economie niet gezien wordt als een puur mathematische discipline, maar ook als een sociale wetenschap.’
Economie is ontworpen door witte Engelse mannen met een blinde vlek voor zoiets als de economie van het huishouden.
Er zijn mensen die beweren dat als Lehman Brothers Lehman Sisters was geweest, de financiële crisis niet was ontstaan.
‘Dat zou me niets verbazen. Economie is ontworpen door witte Engelse mannen met een blinde vlek voor zoiets als de economie van het huishouden. Economisch grondlegger Adam Smith was ongehuwd en woonde bij zijn moeder toen hij in 1776 zijn belangrijkste werk schreef, The Wealth of Nations. Economie kan zoveel rijker worden door meer inbreng van vrouwelijke economen met oog voor onbetaalde zorg, net als de visie van economen uit voormalige koloniën ook een ander verrijkend perspectief kan bieden op economie.’
U wijdt uw leven aan de hervorming van het economische systeem. Bent u er na de publicatie van uw boek optimistischer of pessimistischer op geworden?
‘Laat ik vooropstellen dat ik word omringd door mensen die het met me eens zijn, ik bevind me in een groot netwerk van medestanders. “Wees de de verandering die je in de wereld wilt zien plaatsvinden,” zeg ik Ghandi na. Om het milieu te sparen reis ik zo veel mogelijk met de trein. Gisteren zat ik in de coupé naast een dame van de NS die er persoonlijk voor verantwoordelijk is dat de Nederlandse treinen op windenergie rijden. Zij had de vastberadenheid, de visie en de overtuiging om deze transformatie door te zetten. Ik ben niet naïef. Als je het nieuws volgt, kun je moedeloos raken van alle crises die met elkaar zijn verweven: klimaatverandering, gewapende conflicten, gedwongen migratie, groeiende xenofobie. Maar ik kies ervoor om het glas als halfvol te zien, omdat ik geloof in een alternatief.
Genoeg te besteden voor iedereen, zonder de aarde te veel te belasten. Dat is het doel van de ‛donut-economie’ waarvoor de Britse econome Kate Raworth pleit. Daarvoor moeten we wel afscheid nemen van achterhaalde, maar taaie ideeën.
Uit Maarten! 2018-3. Bestel losse edities hier
Welkom bij Maarten!
Maak eenmalig een gratis account aan en krijg toegang tot al onze artikelen. Lees gratis op onze site en ontvang elke twee weken nieuws, diepgravende artikelen, interviews, evenementen en acties van Maarten! in uw mailbox.
InloggenRegistreren