‘Vuurwapens staan in Amerika symbool voor vrijheid, autonomie en mannelijkheid’
Door Alex Mazereeuw
Columbine, Sandy Hook, Parkland: zomaar een greep uit de eindeloze reeks tragische voorbeelden van schietpartijen op Amerikaanse scholen. Voormalig Amerika-correspondent Hans Klis schreef met Generatie Columbine een boek over deze school shootings en richt zijn blik op de onstuitbare Amerikaanse obsessie met vuurwapens. ‘Een vuurwapen is een symbool dat laat zien: “Wij zijn Amerikanen en wij zijn nog steeds groots.’’’
Er zijn vrolijkere onderwerpen denkbaar dan vuurwapengeweld veroorzaakt door of aangericht tegen kinderen. Toch is dat wat voormalig Amerika-correspondent Hans Klis (onder meer NRC Handelsblad en HP/De Tijd) onderzoekt in Generatie Columbine. Rode draad vormt de schietpartij op een middelbare school in Columbine (1999), waarbij twee jongens twaalf medestudenten en een docent doodschoten. Maar ook andere voorbeelden komen aan bod, zoals de schietpartij op een kleuterschool in Sandy Hook (2012), waarbij twintig kinderen en zes docenten het leven lieten, en de schietpartij op een high school in Parkland (2018), waarbij zeventien doden vielen, die voor het eerst een massale proteststroom onder jongeren op gang bracht.
Een intens proces, om in al die voorbeelden van vuurwapengeweld te duiken, beaamt Klis, zelf vader van een jong kind: ‘Ik heb het regelmatig van me af moeten zetten. Zoveel verdriet en leed, zoveel onmacht. Denk aan een verhaal van een kind van zes jaar dat een begrafenis van een klasgenootje meemaakt. Mijn eigen kind ging weliswaar naar de crèche in het veilige New York, maar je wordt dagelijks toch met de gevolgen van school shootings geconfronteerd: denk aan camera’s bij de deur of sluizen om binnen te komen.’
De schietpartij in Columbine twintig jaar geleden vormt het belangrijkste ijkpunt voor uw boek. Waarom?
‘Wat Columbine zo uitzonderlijk maakt, is dat het hele land er voor het eerst collectief naar keek. De meeste school shootings waren daarvoor hooguit een kort nieuwsberichtje op de binnenlandpagina in de krant. Maar eind jaren negentig kwam het allemaal samen: de opkomst van videogames, nieuwe muziekstijlen, 24-uurstelevisie. Journalisten waren maandenlang ter plekke aanwezig om te ontleden wat er precies gebeurde en waarom. Het publiek wilde een uitleg, net zoals bij terrorisme: we willen weten wat die mensen drijft.’
‘Veel ouders leggen zich neer bij vuurwapengeweld, puur omdat er geen politieke wil is om iets te veranderen’
En toch is er na Columbine bar weinig veranderd.
‘Qua wetgeving zijn er wat kleine dingen aangepast, maar zeker niet wat veel mensen dachten en hoopten. Het is heel moeilijk: er zijn zoveel wapens in omloop en elke staat heeft weer haar eigen wetgeving. Daarom zie je ook dat scholen zelf veel geld steken in beveiliging. In die beveiligingsmarkt gaan miljarden om – het blijft Amerika: overal wordt geld aan verdiend. Maar je kunt het deze scholen ook niet kwalijk nemen, want kinderen moeten toch naar school. Hetzelfde geldt voor het bewapenen van docenten: een enorm slecht idee, maar in plattelandsgebieden waar de responstijd van hulpdiensten over het algemeen erg traag is, gewoon het beste wat je kunt bedenken.’
U schrijft in uw boek dan ook dat Amerikanen op een obsessieve manier bezig zijn met de veiligheid van hun kinderen, maar dat er sprake is van een relatieve gelatenheid als het gaat om vuurwapens. Hoe kan dat?
‘Veel ouders leggen zich neer bij vuurwapengeweld, puur omdat er geen politieke wil is om iets te veranderen. Vóór Parkland was het bijna gek om te denken dat er iets zou kunnen veranderen. Vuurwapengeweld was genormaliseerd: het hoorde erbij. Dus wat konden ouders anders doen dan ‘gewoon’ leven met die angst en andere voorzorgsmaatregelen nemen? Daarom investeren ouders in dingen als kogelvrije rugzakken en scholen in metaaldetectoren, volgcamera’s en stoomkanonnen: ze kiezen voor symptoombestrijding.’
U bent voor het boek tijdelijk lid geworden van de NRA (de belangrijkste belangengroep voor vuurwapenbezitters) en zelf gaan schieten. Heeft u ergens begrip op kunnen brengen voor de Amerikaanse liefde voor vuurwapens?
‘Vuurwapens zijn een symbool geworden voor vrijheid, autonomie en mannelijkheid. Er is extreme ongelijkheid: levenskosten stijgen en mensen vechten voor hun hiërarchie in Amerika en de wereld. Zo’n vuurwapen geeft houvast en maakt deel uit van een bepaalde identiteit. Ik begrijp dat mensen zich daaraan vastklampen. Een vuurwapen is een symbool dat laat zien: wij zijn Amerikanen en wij zijn nog steeds groots. Het maakt deel uit van een nostalgisch verlangen naar de tijd van het Wilde Westen en cowboys: mannen voelen zich er man door. Toen ik een wapen vasthad, ging dat gevoel ook even door mij heen. Het heeft toch een soort allure. Maar het blijft natuurlijk iets vreemds: je hebt liever dat mensen zo’n fascinatie hebben met auto’s, of gaan basketballen in plaats van schieten.’
Die liefde voor vuurwapens zit dus extreem diep verankerd in de Amerikaanse cultuur. Toch leek er na Parkland iets van een omwenteling zichtbaar, omdat de schietpartij voor het eerst een massale proteststroom in gang zette.
‘Wat Parkland uniek maakt, is dat het protest vrijwel direct op de schietpartij volgde. Het gevoel van onmacht, het verdriet, de woede: daar is meteen iets mee gedaan. Deze kinderen hebben het ijzer gesmeed toen het heet was, en dat zag je niet eerder. Ze hebben de afgelopen twintig jaar natuurlijk gezien hoe ze moeten communiceren, hoe het vuurwapendebat in elkaar zit en hoe ze de retorische valstrikken van de wapenlobby kunnen ontwijken. Bovendien kun je kinderen niet makkelijk wegzetten. Je kunt niet tegen iemand die net zoiets heeft meegemaakt zeggen: je verzint het.’
‘Op heel lokaal niveau zie je dat er kleine maatregelen worden genomen om levens veiliger te maken, zonder dat er wapens worden afgepakt’
Hoeveel hebben die protesten een jaar later opgeleverd?
‘Vuurwapengeweld staat voor het eerst hoog op de politieke agenda. De kracht van de beweging is ook om mensen politiek te engageren. Bij de Congresverkiezingen in 2018 zag je al een historisch hoge opkomst van jongeren en die generatie gaat nu richting 2021. Onder Trump zag je dat de wapenverkoop daalde, omdat er geen angst meer was zoals onder Obama wel het geval was, omdat mensen bang waren dat hij de wapenverkoop in zou perken.‘
Als we naar het verhitte debat kijken, lijkt strengere wapenwetgeving echter nog altijd ver weg. Hoe reëel zijn die hoopvolle signalen dan?
‘Ik heb gesproken met epidemioloog David Hemenway, die al jarenlang onderzoek doet naar vuurwapens. Zijn onderzoeksgroep werkt op lokaal niveau nauw samen met veteranengroepen en schietinstructeurs. Ze hebben bijvoorbeeld gedragsrichtlijnen opgesteld voor mensen die kampen met depressies en PTSS. Stel bijvoorbeeld dat je een vriend hebt die daarmee kampt, dan is het idee dat je onderling kunt afspreken dat jij de ‘BOB’ bent. Als die persoon dan door een moeilijke periode gaat, zeg je: ‘Geef mij even je pistool. Ik bewaar het en wanneer jij je beter voelt, krijg je het meteen terug.’ Het zijn kleine dingen, maar het werkt wel. Op heel lokaal niveau zie je dat er, ondanks die ideologische strijd, kleine maatregelen worden genomen om levens veiliger te maken, zonder dat er wapens worden afgepakt. Als ik dat hoor, stemt mij dat toch aarzelend hoopvol.’
Hans Klis, Generatie Columbine.
Uitgeverij Podium, 240 p. 20,50
Benieuwd naar het hele boek? Bestel ‘m in onze webshop.
Columbine, Sandy Hook, Parkland: zomaar een greep uit de eindeloze reeks tragische voorbeelden van schietpartijen op Amerikaanse scholen. Voormalig Amerika-correspondent Hans Klis schreef met Generatie Columbine een boek over deze school shootings en richt zijn blik op de onstuitbare Amerikaanse obsessie met vuurwapens. ‘Een vuurwapen is een symbool dat laat zien: “Wij zijn Amerikanen en wij zijn nog steeds groots.’’’
Welkom bij Maarten!
Maak eenmalig een gratis account aan en krijg toegang tot al onze artikelen. Lees gratis op onze site en ontvang elke twee weken nieuws, diepgravende artikelen, interviews, evenementen en acties van Maarten! in uw mailbox.
InloggenRegistreren